Nestel je gezellig in de zetel of op bed met je peuter en bekijk samen de cover van dit boek: welke dieren zie je? Waar kijken ze naar? Is het dag of is het nacht? Wat doet de maan? Welke van deze dieren zijn er ’s nachts wakker en welke dieren slapen? Hoeveel sterren zie je? Lees dan het boek voor. Lees de tekst zoals die er staat en bespreek wat er in de tekeningen te zien is.
Tel ook samen de dieren en de sterren: één hond, één ster. Twee katten, twee sterren, … Doe de geluiden en bewegingen van de dieren na: Welk geluid maken de ganzen? Hoe bewegen de motten in het licht? Hoe rekken de katten zich uit?
Heb je glow in the dark-papier? Knip daar dan een maan en verschillende sterren uit en hang die boven het bed van je peuter.
Zeg dit versje op terwijl je de maan tekent op de rug of op de buik van je peuter:
De maan is rond, de maan is rond (teken met je vinger twee keer een cirkel)
Ze heeft twee ogen (teken met je vinger twee ogen)
één neus (teken een neus)
en een lachende mond! (teken een lachende mond)
En de maan lachte
De boerderij is in de war: de dieren die moesten slapen renden nog allemaal rond en de dieren die wakker moesten zijn waren nergens te zien. Tijd om de sterren aan te steken, dacht de maan. En zo steekt de maan bladzijde na bladzijde een ster meer aan, totdat de hele lucht boven de boerderij bezaaid is met sterren.